In deze sectie staat een beschrijving van de steden van Epis Azuli voor zover ik deze gedefinieerd heb. Afhankelijk van de stad geef ik informatie and achtergronden.
Stad in het noordwesten van Lakir aan de bovenloop van de Ardikitande. De economie draait op lichte mijnbouw en bosbouw.
Kleine stad in Lakir.
Hoofdstad van het gelijknamige graafschap aan de grens met Cappicië aan de rivier de Xallanthazuli. Een onbetekenend plattelandsstadje met een nuttige lokatie langs een rivier bracht Genedasa enige welvaart nadat de Cappicische delta tegen het jaar 7000 tot een ondoordringbaar moeras begon te worden en de route over land belangrijker werd zodat er in 7036 een graafschap gevestigd werd. Genedasa verwierf zelfstandigheid in 7168 als neutraal gebied tussen de Azulische edelen en het Dardaanse Rijk. Gelegen tussen het Dardaanse Rijk en het bisdom Misa, verbond Genedasa zich al snel nauw met de Kerk en wist op opmerkelijke wijze onafhankelijk te blijven. Tegenwoordig is het het garnizoenscentrum voor Cappicië.
Stad in het oosten van Xevale.
Kleine stad in Lakir.
Hoofdstad van Katile van 7607 tot 7998, gelegen aan de rivier de Xallanthazuli. De stad is vooral een administratief centrum. De stad zelf ligt nabij het grote Vedal Meer en dient vooral als overslag plaats voor de rivierhandel naar oost en west en heeft in die functie nog een vrij belangrijke economische betekenis. De stad werd gesticht door vorst Gaetan Anxendre II van Katile in 7362, omdat het ondoenlijk bleek Treympiun, de oude hoofdstad van Rokhambri, dat iets oostelijker lag aan de monding met het Vedal Meer, in oude eer te herstellen doordat de omgeving door overstromingen te moerassig was geworden.
Groot dorp in Túne;
